Creationisme: Dit was het geloof dat God de aarde schiep, het geloof van de bijbel.
Catastofisme: Rond 1700 begonnen de mensen verlicht te denken. Het was het idee van Cuvier die vast hield aan het idee dat er verschillende zonnevloeden/catastrofes zijn geweest.
Lamarckisme: Het idee van wat je verwierf doorgegeven werd aan je nakomelingen net als de cultuur. Eigenschappen zou je kunnen uitbreiden of verliezen.
Darwinisme: - Variatie die deels erfelijk is.
- Over capaciteit, de natuurlijke selectie.
- Isolatie zorgt voor een nieuwe soort.
Gewervelden dieren: Dieren met een schedel en wervelkolom.
Ongewervelden dieren: Dieren met geen wervelkolom en geen hersens, denk aan de kwal.
Fossiel: Overblijfselen van uitgestorven organismes en moet versteend zijn, tanden skelet etc.
Homozygoot: Van beide ouders hetzelfde allel voor een bepaalde eigenschap ontvangen.
Hetrozygoot: Twee verschillende allelen.
Allel: Een paar dezelfde genen.
Hetrotroof: Leeft door het opeten van andere organisme.
Autotroof: Leeft op fotosynthese.
Stromatolieten: Fossielen.
Anaeroob: Eerste bacterie vorm die leefde zonder zuurstof.
Aerobe: Bacterie die leeft op zuurstof.
Endosymbiose theorie: Het samenwerken van Bacteriën.
Mutualisme: Gast en Gastheer in voordeel.
Commensalisme: Positief voor de gast.
Parasitisme: Nadelig voor de gastheer.
Prokaryoot: Geen celkern.
Eukaryoot: Wel celkern.
Smal-spectrum: Penicilline, werkzaam tegen een aantal bacteriën.
Breed-spectrum:penicilline werkzaam tegen meerder bacteriën dan smal-spectrum.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten